zondag, november 04, 2012

Ziel en geest – 3

Uit het voorgaande mag duidelijk worden dat onze ziel, onder aanvoering van het denken, een eigen leven is gaan leiden. Als we de vergelijking met de computer doortrekken dan zou je zeggen: er staat een computer die de macht over heeft genomen, die een eigen intelligentie heeft gecreëerd en die op eigen houtje beslissingen neemt en zich gedraagt als een zelfstandig individu dat het voor het zeggen heeft. Het is een beeld dat wel in films weergegeven is (bv Stanley Kubrick – 2001: a space odyssey) en degenen die op dit idee gekomen zijn hebben hun inspiratie uit de geestelijke wereld ontvangen... want eigenlijk geeft dit beeld precies weer wat er in de huidige tijd aan de hand is: degene (je geest) die de hardware (je lichaam) gebouwd en de software (je ziel) ontwikkeld heeft, staat op dit moment buitenspel.

Hier gaat echter de vergelijking ook mank. Want we weten allemaal dat een computer en de daarop draaiende software geen eigen leven kan leiden en geen eigen intelligentie ontwikkelt. Maar ónze software, de ziel, heeft weldegelijk een eigen identiteit en een ik: ons lager ik. In die zin is onze ziel een individu, een levend onderdeel van ons aardse zelf, dat niet afsterft maar van leven naar leven meegaat en herinneringen en ervaringen met zich meedraagt. Dat maakt het ook zo lastig: het is niet een apparaat wat je zomaar de deur uit doet; onze ziel is een levend ding waar je rekening mee te houden hebt.

Omdat we op aarde de 4e dimensie betreden gaat alle vaste materie sneller trillen. Ook de materie waar wij in wonen: onze lichamen. Door de hogere trilling hebben onze cellen meer ‘stroom’ nodig om gezond te kunnen functioneren. En deze stroom kan alleen van onze geest komen. Daarom verandert ook de structuur van de materie waaruit onze zielen zijn gemaakt. Dat is nodig om meer geest, meer hoger Ik, door te laten. En hoewel we allemaal op een ander punt in onze ziele-ontwikkeling zijn, krijgen we allemaal deze ‘upgrade’, dit nieuwe besturingssysteem. En dat geeft verwarring. Want de ‘startknop’ zit ineens ergens anders en de icoontjes staan op een andere plek of zien er anders uit, sommige icoontjes zijn er helemaal niet meer, anderen zijn nieuw... je kunt niet meer op de automatische piloot in je oude routines vervallen... het werkt niet meer. Dat merken we in de wereld en dat merken we in ons persoonlijke leven. Alleen krijgen we er geen handleiding bij. Dat is niet om ons te plagen, dat is simpelweg omdat dit volkomen nieuw is: niemand weet hoe het uit gaat pakken, de 4e sfeer-ontwikkeling op aarde.

Valt er dan helemaal niets over te zeggen? Wat moeten we ons nou voorstellen bij dit nieuwe besturingssysteem, hoe ziet dat er uit? Ik heb in de loop van de tijd geleerd dat ik altijd alles mag vragen, als ik ook maar bereid ben om alle antwoorden te horen of geen antwoord te krijgen. Dus als ik aan mijn vrienden in de geestelijke wereld vraag om toch te proberen er íets over te zeggen laten ze mij het volgende beeld zien:

Een damspel. We kennen het allemaal: Een bord met witte en zwarte vakjes met in die vakjes dezelfde kleur damstenen en je moet elkaar slaan om als eerste aan de overkant te komen. Zwart tegen wit. Dat is de oude zielestructuur: duaal, zwart of wit, zwart tegen wit. Maar stel je nou eens voor dat op datzelfde dambord diezelfde damstenen niet ín de vakjes staan maar op de kruispunten... je bent ineens niet meer bepaald tot de zwarte (óf de witte) vakjes, je staat op zwart en wit tegelijk en je kunt je damsteen bewegen over het grid in plaats van binnen de hokjes van één kleur... en als je elkaar tegenkomt kun je gemakkelijk langs elkaar heen, je kunt alle kanten op en je hoeft geen obstakels op te ruimen om verder te kunnen... alle regels van het spel zijn hierdoor ineens totaal anders, allerlei nieuwe mogelijkheden... en dat met hetzelfde dambord en dezelfde damstenen. En ook de hand die de damstenen beweegt is dezelfde, alleen de spelregels en de mogelijkheden zijn totaal veranderd.

Mijn geest begrijpt direct de reikwijdte en de mogelijkheden van dit nieuwe spel, en als ik dat tot mijn aardse delen door laat dringen komt mijn denken er tussendoor tetteren. Nu ontpint zich een grappige conversatie tussen mijn hoofd en mijn geest:
Hoofd: Ja, maar (als je dat hoort weet je direct dat je hoofd aan het woord is) als je de ander niet hoeft te verslaan is er toch niks aan om het spelletje te spelen?
Geest: Hoezo? Je kan toch aan de overkant willen komen, gewoon omdat jij daar wilt zijn? Daar hoef je toch niet persé voor te vechten?
Hoofd: Ja, dat is wel waar, maar (!) dan heb je geen tegenstander nodig dus hoef je geen spelletje met elkáár te spelen.
Geest: Nou, als iemand je uitdaagt kán dat ertoe leiden dat je nog beter je best doet en er iets nog mooiers van maakt. Als je in de gaten blijft houden dat het een spel is, dat bedoeld is om het steeds beter te doen, iets nieuws te verzinnen of het mooier te maken, blijft het leuk. Als je wilt winnen om te winnen, ben je niet meer bezig om iets moois of nieuws te bereiken. Dan ga je dingen doen als de boel belazeren (doping, scheidsrechters omkopen), alleen maar omdat je wilt winnen en dan heb je feitelijk niets gewonnen...
Hoofd: [stilte] Je hoort de radertjes knarsend tot stilstand komen en dit nieuwe concept bekijken... ja, maar... [stilte]
Mijn geest houdt nog maar even wijselijk zijn mond over de stap naar uitdagen door samenwerken...

Mijn geest begrijpt dat het vooral gaat over het ontstijgen van de dualiteit en weet dat mijn hoofd dat lastig vindt. Want zwart tegen wit, goed tegen fout daar kan mijn hoofd mee uit de voeten. Maar dat iets zwart en wit tegelijk is, dat je écht alle kanten op kunt en dat je niet noodzakelijk hoeft te vechten... ‘Leuk concept hoor’ zegt mijn hoofd nu, ‘maar... hoe doe je dat dan, hier op aarde?’ Een terechte vraag en hier wordt ook de functie van de voorbije ontwikkeling duidelijk. Een ontwikkeling die ooit begonnen is met wat in de bijbel verhaald wordt als de verbanning van Adam en Eva uit het paradijs omdat Eva at van de boom van kennis van goed en kwaad.

In de enorme tijdsspanne die we nu afronden hebben wij het onderscheid leren maken tussen goed en kwaad. En zoals culturen opkomen, bloeien, decadent worden en in verval raken, zo geldt dat ook voor deze ontwikkeling. En we zijn nu op de top van de ‘decadentie’: inmiddels delen we alles in in goed of fout. Het eerste mag wel, het tweede niet en we zijn constant bezig om zeker te stellen dat dat ook gebeurt (er mag niets ‘fout’ gaan). Deze ontwikkeling is klaar, is eigenlijk al óver de top en nu gaat het erom dat we de verbinding met het ‘paradijs’ weer gaan leggen... mét ons nieuw ontwikkelde vermogen. Onze goddelijke geest, die zich omwille van de afgelopen ontwikkeling enigszins op de achtergrond heeft gehouden, heeft nu samen te werken met het nieuw ontwikkelde aardse vermogen. Enkel in het geestelijke concept leven maakt het zweverig (het ‘paradijs’); alleen van je aardse denken uitgaan maakt het benauwd en beperkt. Er gaat dus een nieuwe verbinding tot stand komen tussen onze geest en de ‘nieuwe mens’.

Dit gaat sowieso gebeuren, sterker nog: het is al aan het gebeuren. Over hoe we dat proces wat makkelijker kunnen maken de volgende keer meer, dus:

~ wordt vervolgd ~

Geen opmerkingen: